Beschrijving
Masterthesis Myriam BaeckeIn 2015 worden de quota die van toepassing zijn in de melkveehouderij niet meer verlengd. Deze maatregel , samen met de vermindering van de interventie in deze sector, past in het kader van een meer liberaliserend Europees landbouwbeleid. Deze acties zorgen ervoor dat de onzekerheid over de melkprijs en de volatiliteit ervan stijgt. Om melkveehouders te steunen in dit meer marktgericht landschap en om ze een betere positie te geven in onderhandelingen met de melkafnemers, heeft Europa een reeks van wetgevingen uitgewerkt in het ‘Zuivelpakket’. Een eerste belangrijk aspect van het Zuivelpakket is de mogelijkheid tot de vorming van producentenorganisaties (PO’s), waarbij melkveehouders zich kunnen verenigen om samen met de afnemers rond de tafel te gaan zitten. Tot 2020 is het hierbij mogelijk dat de melkveehouders over de prijs van alle leden-melkveehouders van de PO kunnen onderhandelen. Een tweede belangrijk element uit het Zuivelpakket is het stimuleren van contractvorming in de sector.
In dit onderzoek wordt nagegaan of melkveehouders geïnteresseerd zijn in een samenwerking in een producentenorganisatie. En als ze geïnteresseerd zijn, hoe ze de werking van een PO dan zien. Daarnaast wordt nagegaan of er animo is voor contracten in de melkveehouderij en welke elementen hierbij belangrijk zijn. Ook wordt er een situatieschets gemaakt van het huidige landschap voor wat betreft PO’s en contractvorming in Vlaanderen en worden er enkele vormen van contracten besproken.
De datawerving hierbij gebeurde aan de hand van een Mixed Methods design waarbij er via een interactieve-adoptieve procedure van de ene methode werd overgeschakeld op de andere. Eerst vonden er diepte-interviews plaats met melkveehouders en andere stakeholders uit de sector waarbij gevraagd werd naar de huidige situatie, alsook naar de belangrijke elementen en aandachtspunten bij PO-vorming en contractvorming. Op basis hiervan werd een enquête opgesteld om de mening van melkveehouders rond dit topic te na te gaan. In deze enquête werd er gebruik gemaakt van 2 keuze-experimenten om te bepalen welke elementen belangrijk zijn bij enerzijds PO vorming en anderzijds contractvorming. Een keuze-experiment is een manier van vraagstelling waarbij de respondent kan kiezen tussen verschillende scenario’s, waarbij de elementen van die scenario’s steeds wisselen. Om een voorbeeld te geven: bij het experiment rond contractvorming wisselden de elementen prijs en contractduur steeds (maar ook nog andere elementen). De respondent kiest dan steeds het scenario dat voor hem de voorkeur geniet.
Als conclusie kan er gesteld worden dat er zich in het landschap al een aantal samenwerkingsvormen aan het ontwikkelen zijn, deze zijn echter nog niet gefinaliseerd als PO. Maar wat zowel door de producenten als door de industrie als positief wordt ervaren is dat er een overleg is ontstaan tussen de twee. Het is echter de kleine minderheid van de melkveehouders die bezig is met dit soort overleg, het overgrote deel weet nog niet goed wat PO’s voor hen kunnen betekenen en zijn om die reden afwachtend. Toch wordt er vastgesteld dat naarmate er meer uitleg over verschaft wordt, melkveehouders er positiever tegenover staan. Er wordt geconstateerd dat de belangrijkste elementen tussen een melkveehouder en zijn afnemer zijn de zekerheid van afname en de prijs. Contracten zijn door een minderheid gewenst, maar dan wel in het kader van een goede verstandhouding op lange termijn met dezelfde melkfabriek. Tevens willen ze niet gebonden zijn aan productielimitaties.
Promotor: Prof. Dr. ir. Ludwig Lauwers
Periode | 1-okt.-2012 → 29-jan.-2014 |
---|---|
Gehouden op | UGent Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen, België |