Centrale onderzoeksvraag/doelIn welke mate is het meest gebruikte niet-kooisysteem voor leghennen, nl. de volièrehuisvesting, een qua dierenwelzijn en qua management realistisch alternatief voor de kooisystemen? Dit onderzoek focust op het effect van dit huisvestingssysteem op de 5 grootste risicofactoren, zijnde botbreuken, sterfte, vederpikken, stof en productie. Het finale doel is om aanpassingen door te voeren aan de volièrehuisvesting zodat deze huisvesting diervriendelijker en duurzamer wordt.
OnderzoeksaanpakVia vergelijkende observaties op minstens 40 praktijkbedrijven met volièrehuisvesting zoeken we verbanden tussen enerzijds het optreden van de geselecteerde 5 knelpunten (botbreuken, sterfte, vederpikken, stof en productie) en de algemene staat van dierenwelzijn en anderzijds kenmerken van huisvesting, management en leghennenras. Op een deel van de deelnemende bedrijven volgen we het tijdsverloop van de knelpunten op gedurende de volledige legronde (van opzet tot slachthuis). In de proefstallen van het Proefbedrijf Kleinveehouderij Geel vwz zoeken we gericht naar technieken/maatregelen die toepasbaar en effectief zijn om fijn stof in leghennenstallen met volièrehuisvesting te reduceren. In de proefstallen van ILVO-Dier evalueren we het effect van twee maatregelen (waarbij onder voorbehoud de eerste factor gerelateerd is aan de opfokconditie en de tweede aan de omgeving tijdens de productiefase) die het meest veelbelovend zijn om de incidentie van botbreuken en –deformatie bij hennen gehuisvest in volièresystemen te reduceren.
Relevantie/ValorisatieDit onderzoek biedt geen oplossing voor ‘alle problemen’ van niet-kooisystemen, maar geeft wel een doelgericht antwoord op de voornaamste knelpunten in volièresystemen. Er komen empirische data rond een aantal veelbelovende remediërende maatregelen voor wat betreft de problematiek van stof en botbreuken. De resultaten formuleren we tot adviezen voor de sector en tot effectieve en toepasbare oplossingen. Wij verwachten een haalbare implementatie omdat het onderzoeksopzet is afgestemd op aansluitend internationaal onderzoek en omdat de samenwerking en de contacten met de pluimveesector zorgvuldig zijn uitgebouwd. De onderzoeksresultaten worden maximaal verspreid via o.a. publicaties, conferenties, studiedagen, en websites.
Financiering
FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de voedselketen en Leefmilieu
Externe partner(s)
PDLT - Provinciale Dienst voor Land- en Tuinbouw