Algemeen kaderOm dierlijke producten op een zo efficiënt mogelijke manier te produceren, moeten naast optimale prestaties, ook de voederkostprijs, de opbrengsten van het eindproduct en de impact op het milieu in rekening gebracht worden, om zo een goed compromis te vinden tussen economie en ecologie. In dit project gaan we na hoe verschillende voederstrategieën leiden tot optimale prestaties en minimale excreties naar het milieu.
OnderzoeksaanpakIn dit project testen we het effect van verschillende voederstrategieën op de zoötechnische prestaties en de uitstoot van stikstof naar het milieu. Hiervoor worden groeiproeven uitgevoerd met optimale of suboptimale aminozuurniveaus in verschillende groeifases. De effecten op groeiprestaties (dagelijkse groei, voederconversie) en karkaskwaliteit zijn de belangrijkste outputs. Op basis hiervan wordt de hoeveelheid stikstof per kg groei berekend.
Relevantie/ValorisatieDe dierlijke productie staat voor 58% van de totale eindproductiewaarde van de Vlaamse landbouw. De milieueisen worden steeds strenger en de druk vanuit de Europese gemeenschap groeit. Stikstofemissie is een groot probleem, waarin de dierlijke sector een grote verantwoordelijkheid heeft. Anderzijds beleeft de varkenssector de laatste jaren een crisis door de sterk gestegen grondstofprijzen. Recent is de kostprijs van soja, als belangrijke eiwitbron, sterk gestegen. Dit leidt ertoe dat een optimale voedering, met oog voor rendabiliteit en ecologie, meer dan ooit aan de orde is.