VALORISATIE VAN GROENTE- EN FRUITRESTSTROMEN: OPPORTUNITEITEN EN KNELPUNTEN

    Onderzoeksoutput: Boek/rapportRapport

    Uittreksel

    In onze huidige samenleving heerst een duidelijk maatschappelijke vraag naar het vermijden en/of reduceren van verliezen in de voedselproductie (Kummu et al., 2012). Recent werd ingeschat dat het globale verlies aan eetbaar voedsel één derde van de voedselproductie bedraagt (1,3 106 ton per jaar) (Gustavsson, Cederberg, Sonesson, van Otterdijk, & Meybeck, 2011). Eén van de sectoren waarbij de grootste verliezen optreden is de productie en verwerking van tuinbouwgewassen (groenten en fruit), waar ongeveer 40-50 % verloren gaat doorheen de voedselketen (Njie, 2012; Wageningen UR, 2012). Mede als gevolg van hun beperkt productievolume (in vergelijking met akkerbouwgewassen), hoge vochtgehalte en seizoensgebonden beschikbaarheid kennen deze tuinbouwreststromen tot op vandaag geen of een beperkte, kleinschalige toepassing als onbewerkte component in diervoeding bij een lokale veeteler, als meststof of als grondstof voor energie (OVAM, 2012; Wageningen UR, 2012). Toch beschikken vele van deze restfracties over het potentieel om te leiden tot toepassingen met een hogere toegevoegde waarde in diverse sectoren zoals onder meer voeding, voederingrediënten, materialen, chemicaliën en cosmetica (Galanakis, 2012). Er zijn reeds een aantal succesvolle industriële valorisatietrajecten van grote landbouwreststromen geïmplementeerd in de markt zoals bijvoorbeeld voor reststromen van graan, bietenloof en gras (Annevelink & Harmsen, 2010). Voor tuinbouwreststromen zijn deze industrieel succesvolle trajecten echter beperkt. Hoewel veel onderzoek gebeurt rond de valorisatie van deze stromen die resulteren in talloze hypothetische scenario’s, kwalitatieve studies en gepatenteerde processen (Fuentes-Alventosa et al., 2013; Dominguez-Perles, Moreno, Carvajal, & Garcia-Viguera, 2011; O'Shea, Arendt, & Gallagher, 2012), zijn de producten die effectief op de markt zijn en gebaseerd zijn op reststromen beperkt. Galanakis (2012) verzamelde een beperkt aantal uitgebouwde octrooien rond groente- en fruitreststromen, welke omgezet werden in commerciële toepassingen (Tabel 1). Daarnaast zijn er reeds een aantal spelers op de markt die reststromen als grondstof gebruiken zoals bijvoorbeeld het Nederlandse bedrijf Provalor dat sappen en vezelrijke producten maakt op basis van groenten die afgekeurd werden op basis van uiterlijke kenmerken zoals vorm en kleur. Gelijkaardige bedrijven en producten komen verder in het document nog aan bod. In dit onderzoek wordt geopperd dat dit beperkt aantal industrieel succesvolle vertalingen mede het gevolg kunnen zijn van de conventioneel gehanteerde onderzoeksaanpak waarbij tijdens de onderzoeks- en ontwikkelingsfase vaak weinig tot geen rekening gehouden wordt met de sociale, economische, institutionele, logistieke en organisatorische aspecten van de innovatie. Onderzoek is veelal enkel toegespitst op één technisch domein dat bovendien vaak slechts op laboschaal uitgevoerd wordt. Aspecten die de implementatie praktisch hinderen zoals de moeilijke bewaring, de variaties in samenstelling van de biomassa en de beperkte volumes van de tuinbouwreststromen kunnen daarom uit het oog verloren worden en de implementatie van het valorisatietraject belemmeren. Daarom wordt in dit project een andere innovatie aanpak nagestreefd om de kans op het realiseren van een succesvolle innovatie op vlak van valorisatie van tuinbouwreststromen te verhogen. Dit rapport kadert dan ook in deze innovatieve aanpak en dient als een transdisciplinaire screening die vooraf gaat aan het technisch onderzoek. Het heeft als doelstelling de opportuniteiten en knelpunten voor de herwaardering van tuinbouwreststromen duidelijk te stellen waarop vervolgens rrelevante onderzoeksvragen gebaseerd worden voor het onderzoek. Op die manier probeert het onderzoek zo goed mogelijk inspelen op huidige noden die huidige implementatie in de weg staan.
    Oorspronkelijke taalNederlands
    UitgeverijInstituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek
    Aantal pagina’s70
    ISBN van geprinte versie1784-3197
    PublicatiestatusGepubliceerd - 1-jul-2014

    Dit citeren